Minister Verburg geeft startschot programma 'Naar een rijke Waddenzee'

Folder voor vakantiegangers: bedreigde dier- en plantensoorten

Waddenzee op UNESCO-Werelderfgoedlijst geplaatst!

CO2-uitstoot omlaag voor behoud Koraaldriehoek

Natuurmonumenten: aankoop natuur moet sneller

Afrikaanse natuur dupe miljardenzwendel

Hang snel prijskaartje aan opslag van CO2 in Amazone

We kunnen de wereld echt veranderen en het antwoord komt uit de natuur

WNF-wedstrijd voor slimste vistuig om bijvangst tegen te gaan


De ambitie van Zeekracht is ....

Het voedsel van de toekomst


Archief
2005/2008


Archief
2003/2004

 

 

 

 

   
Historisch akkoord over biodiversiteit bereikt in Japan
29-10-2010 - BRUSSEL/NAGOYA – Vrijdag is er een akkoord bereikt over het behoud van biodiversiteit in de wereld. GroenLinks-Europarlementariër Bas Eickhout nam de afgelopen dagen deel aan de onderhandelingen in Nagoya, Japan en is blij dat de conferentie met goed resultaat is afgesloten. Het vertrouwen in het VN-proces had een flinke deuk opgelopen na de mislukte klimaattop in Kopenhagen. “In Japan toonden landen weer de wil om er samen uit te komen. Dit geeft de broodnodige hoop voor de volgende klimaattop in Mexico eind dit jaar. Nationale belangen kunnen opzij worden gezet voor grotere idealen.”

Biodiversiteit is de rijkdom aan dieren- en plantensoorten en ecosystemen. Het is essentieel voor het leven op aarde, maar de waarde van al die diersoorten, wateren en natuurgebieden wordt nu vaak vergeten. De situatie van deze natuurlijke rijkdommen is nijpend: bijna de helft van alle zoogdieren en vogels wordt met uitsterven bedreigd.

In Japan is nu afgesproken om tegen het jaar 2020 het verlies aan biodiversiteit te halveren. Dan moet ook minstens zeventien procent van het landoppervlak en tien procent van de zee beschermd zijn. Over financiering zal pas in 2012 gesproken worden. Eickhout: “En is er een historisch akkoord afgesproken over de toegang tot en het delen van de voordelen van genetische rijkdommen in bijvoorbeeld planten. Hierover wordt al achttien jaar gesproken. Straks gaan ontwikkelingslanden delen in de inkomsten van deze natuurlijke rijkdommen in hun land.”

Eickhout is blij dat de Europese Unie zich hervonden heeft na de slechte onderhandelingstactiek op de klimaattop in Kopenhagen: “Er werd weer met één stem gesproken en het mandaat van de onderhandelaars was breder, zodat ze niet telkens bij elke nieuwe wending in de onderhandelingen terug moesten rapporteren bij de zevenentwintig lidstaten. Het is misschien nog te vroeg om aan te geven of dit een keerpunt is voor de internationale onderhandelingen. Dat gaat de klimaattop in Mexico in december uitwijzen.”
 

Verliefde zeearenden in Oostvaardersplassen via webcam te zien

De zeearend broedt met succes in de Oostvaardersplassen

 foto Staatsbosbeheer/Ruben Smit

Great Barrier Reef herstelt zich onverwacht snel
Wetenschappers zijn blij verrast door het snelle herstel van delen van het Great Barrier Reef in Australië. Dankzij een gelukkige samenloop van omstandigheden heeft het koraalrif zich in een jaar tijd hersteld van een ernstige verbleking uit 2006.
Door de opwarming van het zeewater verbleekte drie jaar geleden een groot stuk van het koraalrif bij de Keppel Islands in het zuidelijk deel van het Great Barrier Reef. Het beschadigde koraal werd vlak daarna verstikt door algen. Meestal betekent dit het einde voor koraal, maar volgens Guillermo Diaz, marinebioloog bij het centrum voor koraalstudies aan de universiteit van Queensland kon het beschadigde rif zich door een gelukkige combinatie van omstandigheden al binnen een jaar herstellen.
Bron  Oneworld
 

Nederlanders willen donkergebieden

Van de Nederlandse bevolking vindt 52 procent het belangrijk dat het ’s nachts donker is buiten de bebouwde kom. Tweederde van de Nederlanders is voorstander van de aanwijzing van donkergebieden. Hinder en ergernis van lichtvervuiling ondervindt 48 procent. Het aantal mensen dat last heeft van ernstige hinder is in tien jaar tijd verdubbeld. Dat alles valt te lezen in het door Alterra in opdracht van Stichting Natuur en Milieu en de 12 provinciale Milieufederaties verrichte belevingsonderzoek ‘Donkere Nachten’ dat vandaag tijdens de conferentie ‘Mooi licht mooi donker’ wordt gepresenteerd.
lees verder....

Hoe lang nog voor de Sumatraanse tijger ?
De Sumatraanse tijger is de kleinste nog levende ondersoort van de tijgers. In de slinkende regenwouden van het Indonesische eiland Sumatra komen er nog hooguit 500 voor. Het Wereld Natuur Fonds zet zich in om te zorgen dat het leefgebied van de Sumatraanse tijger beschermd wordt en stroperij wordt tegengegaan.

© WWF-Canon / Alain COMPOST



 


Harry Wiriadinata – TNC




361 nieuwe dieren en planten
ontdekt op Borneo



Rob Stuebing
 

Het Wereld Natuur Fonds voert campagne om de zeeschildpad te beschermen. In februari 2004 wordt op de internationale conferentie in Maleisië gesproken over beschermde zeegebieden.
De Nederlandse overheid zal ook aanwezig zijn. Help de zeeschildpad een veilige doorgang te verkrijgen. Stuur via e-mail een visum-verzoek voor de zeeschildpad naar de Nederlandse overheid.

Ja, ik help de zeeschildpad en doe mee aan de e-mailactie!

Waarom we moeten knokken voor de Waddenzee:

- De Waddenzee is van levensbelang voor miljoenen trekvogels:
het is hun belangrijkste ‘wegrestaurant’ op de vliegroute van noord naar zuid.

- De Waddenzee is van levensbelang voor vele soorten vis:
het is hun ‘kraamkamer’.

- De Waddenzee is van levensbelang voor mensen:
nergens in ons land kun je zo genieten van rust en ruimte.

- De Waddenzee is uniek:
de Verenigde Naties wil het zelfs uitroepen tot Wereld Erfgoed.

http://www.knokmeevoordewaddenzee.nl/

 


WNF zet zich in voor Antarctica
Prins Willem-Alexander en prinses Máxima brengen dit weekend een bezoek aan Antarctica. Zij hebben het daar onder meer over de effecten van de opwarming van de aarde. Het Wereld Natuur Fonds doet op Antarctica onderzoek naar onder andere de gevolgen van een temperatuursstijging van 2 graden Celcius op de natuur.
Antarctica (ook wel de Zuidpool genoemd) heeft een oppervlakte van 13 miljoen km². Het continent is bedekt met een enorme ijslaag met zoetwater gletsjers die bijna vijf kilometer dik kunnen worden. Er komen een aantal bijzondere dieren voor in het gebied, zoals de keizerpinguïn, de ezelspinguïn, de blauwe vinvis en de bultrug.

Hoewel Antarctica het dunst bevolkte en minste vervuilde continent op aarde is, is klimaatverandering een grote bedreiging. Een deel van het continent, het Antarctisch Schiereiland, is een van de gebieden op aarde die het snelst opwarmt; vijf keer sneller dan gemiddeld. Op sommige plekken daar is er nu 40 procent minder zee-ijs dan 26 jaar geleden. Dit heeft grote gevolgen voor de ecosystemen. Zo zijn de aantallen weddell-zeehonden en keizerpinguïns afgenomen.

Het WNF wil een van ’s werelds grootste, meest kwetsbare en meest ongerepte natuurregio’s behouden door klimaatverandering tegen te gaan en het ecosysteem weerbaarder te maken tegen de gevolgen van klimaatverandering. Dat doet het WNF door zich in te zetten voor een duurzame krillvisserij. Krill, een garnaalachtig beestje, staat aan de basis van de Antarctische voedselketen. Door deze visserij te verduurzamen blijft er genoeg over als voedsel voor onder andere walvissen. Ook wil het WNF het aantal beschermde zeegebieden rondom de Zuidpool verder uitbreiden om het ecosysteem te versterken, zodat die de effecten van klimaatverandering het hoofd kan bieden. Verder lobbyt het WNF bij internationale beleidsmakers om de wereldwijde uitstoot van broeikas te verminderen. Zo kan worden voorkomen dat het Antarctisch Schiereiland compleet smelt.

 
 

Wereld Natuur Fonds campagne geef het koraal weer kleur

Great Barrier Reef  
Wereld Natuur Fonds


Greenpeace
De Esperanza
Het actieschip

 
 
    terug naar boven  
   
 

Minister Verburg geeft startschot programma 'Naar een rijke Waddenzee'


26-02-2010
Op donderdag 4 maart geeft minister Gerda Verburg van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) in Harlingen opdracht tot uitvoering van het programma 'Naar een rijke Waddenzee'.

Zij doet dit samen met de Commissaris van de Koningin in Friesland John Jorritsma en in aanwezigheid van natuurorganisaties, de visserijsector, overheden en andere gebruikers van het Wad.

Het programma 'Naar een rijke Waddenzee' geeft een impuls aan natuurherstel in combinatie met een duurzaam gebruik van de Waddenzee. Met het programma willen de betrokken partijen hun initiatieven voor natuurherstel bundelen, waar nodig versnellen en nieuwe initiatieven starten om te komen tot een rijke Waddenzee. Nieuwe initiatieven die goed zijn voor natuur, maar die ook kansen bieden voor de gebruikers en bewoners van het gebied. Met behulp van het programma werken de partijen in het gebied langs tien ontwikkeltrajecten samen aan het realiseren van het gezamenlijke streefbeeld van een rijke Waddenzee in 2030.

Om tot een succesvolle uitvoering te komen werken overheden, natuurorganisaties, gebruikers en andere partijen nauw samen. Dat doen ze in een dialoog met elkaar volgens het principe van 'leren door doen'. Stap voor stap komen ze tot resultaat, waarbij een geformuleerd streefbeeld richting geeft. De partijen beginnen deze dialoog tijdens de startbijeenkomst in Harlingen.

Minister Verburg heeft begin 2009 opdracht gegeven voor het opstellen van een meerjarig programma 'Naar een rijke Waddenzee'. Aanleiding is het convenant 'Transitie mosselsector en natuurherstel Waddenzee' dat in het najaar van 2008 door de overheid, de mosselsector en verschillende natuurorganisaties is ondertekend. Naast natuurherstel zet dit convenant in op duurzame alternatieven voor de bodemberoerende mosselzaadvisserij. De ministeries van LNV, VROM en VenW, natuurorganisaties, het Regionaal College Waddenzee en een toenemend aantal gebruikers hebben samen het programmaplan opgesteld dat minister Verburg op 8 februari naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.

De volgende partijen werken samen aan het programma 'Naar een rijke Waddenzee': Het ministerie van LNV, het ministerie van VROM, Rijkswaterstaat, leden van het RCW (Regionaal College Waddengebied), de Coalitie Wadden Natuurlijk (bestaande uit de Waddenvereniging, Natuurmonumenten, Vogelbescherming, Stichting WAD, Staatsbosbeheer, Groninger Landschap, It Fryske Gea en het Noord-Hollands Landschap) en een toenemend aantal partners.
 

 
 
    terug naar boven  
   
 

Folder voor vakantiegangers:
bedreigde dier- en plantensoorten

Als je op vakantie vertrekt koop dan geen souvenirs die schade toebrengen aan bedreigde dieren en planten, zoals ivoren beeldjes en juwelen, handtassen en schoenen uit reptielenhuiden of juwelen en versieringen gemaakt van koraal. Dit gebeurt nog al te vaak, meer uit onwetendheid dan kwaad opzet. Om het je gemakkelijk te maken heeft de FOD Leefmilieu heeft een folder voor vakantiegangers uitgebracht om bedreigde dier- en plantensoorten te helpen beschermen.
De folder beschrijft de meest voorkomende souvenirs die gemaakt worden van bedreigde dieren en planten. Een aantal belangrijke ‘verboden’ souvenirs op een rijtje: ivoren beeldjes, juwelen of stempels kan je vooral in Azië en Afrika tegenkomen. Ook van zeeschildpadden worden juwelen gemaakt die aan toeristen te koop worden aangeboden. Net als haarspelden en zonnebrillen. Versieringen en juwelen van koraal zijn nog een ander gegeerd souvenir. Die vind je vooral aan de kusten van Australië en de landen rond de Indische Oceaan en de Rode Zee. Erg mooi, maar de handel is nefast voor de riffen. Het duurt jaren voor ze zich weer herstellen.
Als je met een verboden souvenir in je bagage betrapt wordt, zijn de gevolgen niet min. In het beste geval neemt de douane je koopwaar gewoon in beslag. Met wat minder geluk hangt er je een boete of zelfs een gevangenisstraf boven het hoofd. Dat is streng, maar vergeet niet dat een ondoordachte aankoop een bedreigd dier of een bedreigde plant in gevaar brengt. Kijk dus uit je doppen als je een souvenir van natuurlijk materiaal koopt, en bij twijfel: laten staan! De douane neemt jaarlijks talloze illegale souvenirs in beslag: portefeuilles en geldbeugels in reptielenleer, schelpen en stukken koraal, kaviaar en zelfs levende slangen, papegaaien, spinnen, vogels en kikkers. Een kleine greep uit een indrukwekkende lijst.
Merk je tijdens je vakantie dat er gehandeld wordt in souvenirs die niet koosjer zijn, neem dan zeker contact op met de lokale politie of met Traffic (www.traffic.org): een gemeenschappelijk programma van het WWF vzw en de Wereldunie voor Natuurbehoud dat de handel in wilde soorten in kaart brengt. Zo help je dieren en planten die het moeilijk hebben daadwerkelijk mee beschermen!
Bron: NBV nieuws

 
 
    terug naar boven  
   
 

Waddenzee op UNESCO-Werelderfgoedlijst geplaatst!


Door: Ministerie LNV

Minister Gerda Verburg van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) en haar Duitse collega Sigmar Gabriel alsmede de minister-presidenten van Neder-Saksen en Schleeswijk-Holstein zijn zeer verheugd dat het Werelderfgoed Comité van de UNESCO de Waddenzee op de Werelderfgoedlijst heeft geplaatst. Het Comité heeft deze beslissing vandaag tijdens haar congres in het Spaanse Sevilla bekend gemaakt.

UNESCO onderstreept met de toekenning van dit prestigieuze predicaat dat de Waddenzee zo'n grote natuurwaarde heeft voor de wereld dat deze bescherming verdient en voor toekomstige generaties behouden moet blijven. De UNESCO is de organisatie voor educatie, wetenschap en cultuur van de Verenigde Naties.

Minister Verburg: ' Met plaatsing op de Werelderfgoedlijst is de Waddenzee vanaf vandaag toegevoegd aan een selectie van gebieden die uniek zijn op de wereld. De werelderfgoedstatus biedt wereldwijde erkenning en het betekent waardering voor de manier waarop bewoners en gebruikers tot op de dag van vandaag met het gebied zijn omgegaan. '

Uniek in de wereld

Door plaatsing van de Waddenzee op de Werelderfgoedlijst onderstreept UNESCO dat de Waddenzee beschikt over bijzondere, universele waarden als 'onvervangbaar' en 'uniek' waardoor de Waddenzee als eigendom van de hele wereld mag worden beschouwd. De Waddenzee is wereldwijd gezien het grootste natuurlijke systeem van zand- en slikplaten en laaggelegen, beschermende eilanden.

UNESCO hanteert verschillende criteria om te beoordelen of een gebied of landschap in aanmerking komt voor het predicaat 'Werelderfgoed'. De Waddenzee is op drie van deze criteria uniek in haar soort gebleken. Allereerst kent de Waddenzee veel verschillende soorten leefomgevingen. De Waddenzee huisvest ruim 10.000 soorten land- en waterdieren, van eencellige organismen tot vissen, vogels en zoogdieren. Ieder jaar maken maar liefst 10 tot 12 miljoen vogels uit alle windstreken (bijvoorbeeld Canada, Azië en Noord-Siberië) op doorreis een onmisbare tussenstop in het Waddengebied. Daarnaast laat de Waddenzee op indrukwekkende wijze zien hoe natuur, planten en dieren zich continu aanpassen aan de wisselende landschappen, in een gebied waar zoet water (van land) en zout water (van de oceaan) elkaar ontmoeten. Ten slotte is de Waddenzee van wereldbelang omdat ze veel vertelt over de geschiedenis van de aarde.

Kansen voor de regio

In januari 2008 droegen minister Verburg namens Nederland en haar Duitse collega Sigmar Gabriel de Waddenzee gezamenlijk voor aan UNESCO voor plaatsing op de Werelderfgoedlijst. Beide landen zijn ervan overtuigd dat plaatsing op de Werelderfgoedlijst kansen biedt voor de regio. Zo kan de status een impuls geven aan het toerisme. De ervaring leert, dat natuurlijke werelderfgoederen vooral een aantrekkingskracht hebben op het hogere marktsegment van de toeristen. De Nederlandse en Duitse overheden werken al decennia samen aan het behoud en beheer van de Waddenzee, samen met diverse natuur- en belangenorganisaties. Plaatsing op de Werelderfgoedlijst is een bekroning op het werk van de samenwerkende overheden én bewoners- en natuur- en belangenorganisaties in het gebied.

Waddenzee werelderfgoed-website

Tevens gaat gelijk met de positieve beslissing de website www.waddenzeewerelderfgoed.nl de lucht in. Op deze website staat, naast informatie en een filmpje over de Waddenzee als werelderfgoed, een hele leuke luchtfoto geplaatst met 400 schoolkinderen op het wad bij de vuurtoren van Texel die het werelderfgoed-logo en het woord Wadden Sea uitbeelden.

Gebiedsbegrenzing

Het gaat om de bestaande beschermde gebieden in het Duitse en het Nederlandse deel van de Waddenzee. Aan Nederlandse zijde is dit het gebied waar de planologische kernbeslissing Derde nota Waddenzee (PKB) betrekking op heeft. De Nederlandse eilanden vallen er dus niet onder, behalve de kwelders en platen van de Waddenzeekust van de eilanden. Aan Duitse zijde gaat het om de Nationale Parken 'Waddenzee van Niedersaksen' en 'Waddenzee van Sleeswijk-Holstein (tot aan de monding van Eider)'. Dit impliceert dat de Duitse vaargeulen niet in het te nomineren gebied vallen, maar een deel van de Duitse eilanden wel. Bij elkaar gaat het om een gebied van bijna 1.000.000 ha.
Bron:http://www.waddenzee.nl/Nieuws_bericht.Waddenzee_op_UNESCO-Werelderfgoedlijst_geplaatst%21.1384+M5d1982aab5d.0.html

 
 
    terug naar boven  
   
 

WNF: CO2-uitstoot omlaag voor behoud Koraaldriehoek


Als de wereld niet snel in actie komt om klimaatverandering tegen te gaan, zullen de koraalriffen in de Koraaldriehoek in Zuid-Oost Azië, het meest waardevolle zeegebied van onze planeet, eind deze eeuw zijn verdwenen. De kustgebieden in de Koraaldriehoek zullen - zowel boven als onder water - zo zijn aangetast dat een groot deel van het inkomen en voedselvoorziening van de ruim 100 miljoen mensen in dit gebied, verloren gaan, aldus het Wereld Natuur Fonds (WNF) in een rapport, dat vandaag 13 mei wordt gepubliceerd tijdens de Wereld Oceanen Conferentie in Manado, Indonesië.
De Koraaldriehoek strekt zich uit over Indonesië, de Filippijnen, Maleisië, Papoea Nieuw Guinea, Brunei, de Salomon Eilanden en Oost Timor, en beslaat 5.4 miljoen km2 (150x Nederland). Het gebied is een waardevolle kraamkamer, waar vissen kuit schieten en nieuw leven ontstaat. Nergens ter wereld is de soortenrijkdom zo groot als hier. Hier vind je 75 procent van alle koraalsoorten, 6 verschillende soorten zeeschildpadden, walvishaaien, mantaroggen, 22 soorten dolfijnen en meer dan 3000 verschillende soorten vissen. De koraalriffen, mangrovebossen en zeegrasbedden voorzien ruim 100 miljoen mensen in de kustgebieden van voedsel, bouwmaterialen, kustbescherming en inkomsten uit (duik)toerisme en visserij.

“De impact van klimaatverandering aan de ene kant en het vaak achteloos omspringen met de natuur langs de kusten, vormen een rampzalige combinatie”, aldus Johan van de Gronden, algemeen directeur van het WNF. “Maar hoewel we een deel van de veranderingen niet meer kunnen tegenhouden, hebben we zeker nog de kans het tij te keren.”

Naast strenge, ambitieuze, internationale klimaatafspraken, moet effectief kustbeheer en regionale actie tegen overbevissing, ontbossing en vervuiling een ramp voor mens en dier voorkomen. Het WNF heeft in zijn nieuwe rapport op basis van honderden wetenschappelijke studies een ‘worst case’ scenario en een positief scenario voor de regio uitgewerkt.

De afgelopen 40 jaar is 40 procent van de koraalriffen en mangrovebossen in het gebied verloren gegaan. Ontbossing langs de kust, overbevissing, vervuiling en verslechterde waterkwaliteit hebben de conditie van de waardevolle ecosystemen aangetast. De stijgende zeespiegel, het opwarmende zeewater en de verzuring van de oceaan door klimaatverandering brengen de dreigende catastrofe nog eens sneller dichterbij.

De verantwoordelijkheid voor het beschermen van de Koraaldriehoek ligt niet alleen bij de landen in het gebied. Internationale investeringen zijn nodig om de Koraaldriehoek te beschermen en de kusten weerbaar te maken tegen het nu al veranderende klimaat. De internationale gemeenschap moet tijdens de VN-Klimaatconferentie in Kopenhagen eind dit jaar tot een stevig klimaatakkoord komen met strenge, ambitieuze afspraken om de CO2- uitstoot wereldwijd terug te dringen.
WNF

 
 
    terug naar boven  
   
 

Natuurmonumenten: aankoop natuur moet sneller


11-02-2009
Den Haag, 11 febr. De Nederlandse provincies moeten de komende zes jaar veel méér gronden voor natuur aankopen dan de afgelopen twintig jaar is gebeurd. Alleen met een fikse stijging blijft voltooiing van de zogenoemde Ecologische Hoofd Structuur (EHS) in zicht. Dat stelt Vereniging Natuurmonumenten na onderzoek onder alle Nederlandse provincies. Deze zijn verantwoordelijk voor het aankopen en inrichten van natuur. In 2015 moeten volgens afspraak alle gronden voor de operatie zijn aangekocht, in 2018 moet dit netwerk van aaneengesloten natuurgebieden volledig zijn ingericht.

Vanaf begin jaren negentig is in Nederland gemiddeld 9.000 hectare per jaar aangekocht. Dat tempo moet volgens Natuurmonumenten omhoog naar 15.000 hectare per jaar. „Er moet een schep bovenop”, aldus directeur Jan Jaap de Graeff van Natuurmonumenten. Ook het middel van onteigening moet in geval van onwillige boeren niet worden geschuwd. Dat het maximum aantal onteigeningen in Nederland 10 procent mag bedragen, zoals minister Verburg (Natuurbeheer, CDA) stelt, heeft geen zin. „Die 10 procent is een onzingetal”, aldus De Graeff.

Van de afgesproken hoeveelheid van 730.000 hectare natuur in Nederland, ontbreekt nog 110.000 hectare. Deze gronden moet worden aangekocht oor grote terreinbeheerders zoals Natuurmonumenten, Staatsbosbeheer en de provinciale Landschappen, maar ook door boeren en door particulieren. De terreinbeheerders hebben 75 procent van de grond inmiddels in handen, de boeren 60 procent. Volgens Natuurmonumenten verloopt het natuurbeheer door particulieren ronduit teleurstellend. Daarvan is nog maar 20 procent binnengehaald.

Volgens Natuurmonumenten verschilt de „politieke wil” aanzienlijk. Provincies als Noord-Brabant, Zeeland, Drenthe en Flevoland. Zij werken „planmatig” en doen aan voorfinanciering en het toekennen van volledige schadeloosstellingen voor boeren. Minder goed verloopt de grondaankoop met name in Noord-Holland, Utrecht en Overijssel. Te vaak, aldus directeur De Graeff, kiezen deze provincies de „weg van de minste weerstand”, door af ter wachten welke gronden beschikbaar komen.

Er is veel discussie over nut en interesse voor natuurbeheer door particulieren. Natuurmonumenten is daar voorstander van, mits de vergoedingen voor particulieren hoog genoeg zijn om hoogwaardige natuur te halen en dit op de juiste locaties gebeurt. De organisatie steunt particulieren in hun pogingen om gelijk te worden behandeld met grote terreinbeheerders. Maar als de belangstelling onder particulieren zo laag blijft als nu, dan moeten de natuurgronden wel worden „doorgeleverd” aan grote terreinbeheerders. „Anders krijg je een stuwmeer aan hectares die niet kunnen worden ingericht”, aldus De Graeff.
Bron: http://www.nrc.nl/binnenland/article2148979.ece/Natuurmonumenten_aankoop_natuur_moet_sneller

 
 
   
    terug naar boven  
   
 

Afrikaanse natuur dupe miljardenzwendel


Een verantwoord beheer van Afrikaanse natuurparken dreigt in gevaar te komen. Een Nederlandse beheersmaatschappij van de familie Fentener van Vlissingen, dat geld steekt in Afrikaans natuurbeheer, blijkt een van vele gedupeerden te zijn van de miljardenzwendel van de Amerikaan Bernard Madoff.
Donderdag is in de Verenigde Staten een lijst openbaar gemaakt met namen van gedupeerde personen, banken en fondsen. Madoff financierde uitbetaling van prachtige rendementen met de inleg van nieuwe investeerders. In zijn primadespel zou ongeveer 50 miljard zijn omgegaan.

Op de lijst prijkt de naam van de Beheer Maatschappij Catharijne, die komt uit de koker van wijlen Paul Fentener van Vlissingen. Van Vlissingen was jarenlang actief in Zuid-Afrika. In 2003 richtte hij de stichting African Parks Network op, die op verzoek van regeringen in Afrika het lange termijn management van verwaarloosde nationale parken op zich neemt en de financiële strategie uitstippelt. Daarbij is aandacht voor natuurbescherming, werkgelegenheid van de lokale bevolking en ontwikkeling van duurzaam toerisme.

Volgens de Volkskrant stak Van Vlissingen naar schatting 50 miljoen euro in zijn vermogen. Hoeveel geld de stichting African Parks Foundation bij Madoff inlegde, is nog onbekend.
Bron: llink.nl

 
 
    terug naar boven  
   
 

WNF: Hang snel prijskaartje aan opslag van CO2 in Amazone

febr 2009

De verwoesting van de Amazone kan alleen tot staan worden gebracht door snel een prijskaartje te hangen aan de diensten die het regenwoud levert,. Vooral de opslag van koolstof is belangrijk. De geschatte waarde van CO2-uitstoot die daardoor wordt voorkomen – tussen de 55 en 78 euro per hectare per jaar – is op veel plaatsen in de Amazone zo groot dat het loont om het bos te laten staan. Dat blijkt uit een nieuw onderzoek Keeping the Amazon forests standing: a matter of values dat het Copernicus Instituut van de Universiteit Utrecht deed in opdracht van het Wereld Natuur Fonds (WNF).

Inzet van het rapport, dat zich met name richt op Brazilië, is de vaststelling van de economische waarde van diensten die de natuur van de Amazone levert. Voorbeelden zijn het rondpompen van grote hoeveelheden water, de opslag van koolstof –dat als het vrijkomt wordt omgezet in het broeikasgas CO2- door het bos of erosiepreventie. Dat laatste blijkt gemiddeld 185 euro per hectare per jaar waard te zijn. De verspreiding van stuifmeel op koffieplantages door insecten afkomstig uit het regenwoud is gemiddeld 38 euro per hectare per jaar waard. Producten zoals honing, bosvruchten en paddenstoelen brengen per hectare gemiddeld 40 tot 80 euro per jaar op en recreatie en ecotoerisme gemiddeld 2,5 tot 5,5 euro per hectare per jaar.

Verwoesting
Daar tegenover staan de economische trends waarvoor nu jaarlijks veel tropisch regenwoud sneuvelt: de teelt van soja brengt jaarlijks bijvoorbeeld 230 euro tot 470 euro per hectare op en veeteelt 40 tot 115 euro per hectare. Nederland heeft, als de op drie na grootste handelspartner van Brazilië, een flink aandeel in de verwoesting van het regenwoud. Zo is ons land, na China, de grootste importeur van soja ter wereld.

Het WNF-rapport laat zien dat de opbrengst van economische activiteiten waarbij de natuur intact blijft, momenteel onvoldoende tegenwicht bieden aan niet-duurzame activiteiten.
Toekenning van economische waarde aan de opslag van koolstof in de bomen en bodem van de Amazone moet daarin verandering brengen. Bij dit zogenoemde REDD-mechanisme (Reduced Emmissions from Deforestation and forest Degradation) betalen geïndustrialiseerde landen voor bosbehoud en het tegengaan van CO2-uitstoot in tropische landen. De plannen hiervoor voorzien dat grote geldstromen voor duurzaam bosbeheer vrijkomen, die mede ten goede komen van lokale gemeenschappen, zoals de inheemse bevolking van het Amazonegebied. Johan van de Gronden, algemeen directeur van het WNF: ,, REDD is niet het enige, maar wel het meest kansrijke mechanisme voor de realisering van duurzaam bosbeheer.’’

Nederland
De mens is erg afhankelijk van diensten uit de Amazone die in rap tempo verdwijnen, maar waarvoor nog niet voor wordt betaald: regen voor landbouw, schoon drinkwater, zuivere lucht en het tegengaan van opwarming van de aarde. Van de Gronden: ,,Juist door zijn grote aandeel in de Braziliaanse economie kan Nederland voortrekkersrol spelen bij het stimuleren van een duurzame economische ontwikkeling van de Amazone door allen nog duurzaam geproduceerde goederen, zoals hout met het FSC-keurmerk, in te kopen.’’
Bron: WNF

 
 
   
    terug naar boven  
   
 

We kunnen de wereld echt veranderen
en het antwoord komt uit de natuur

6 februari 2009

In een bomvolle zaal vol architecten en designers presenteerde de Amerikaanse wetenschapster Janine Benyus op donderdag 5 februari haar gedachtegoed biomimicry. Tijden het congres “Nature has al the answers” in het Materia Inspiration Centre kreeg Benyus de hele zaal doodstil toen zij met passie vertelde over wat ‘makend Nederland’ kan leren van 3,8 miljard jaar onderzoek en ontwikkeling in de natuur. Een eenvoudige boodschap met een uitwerking die de wereld kan veranderen: we moeten kijken naar hoe planten en dieren hun problemen oplossen en dit nabootsen in onze geïndustrialiseerde samenleving.
Hoor je Janine Benyus spreken, dan weet je dat het echt mogelijk is: een mooiere duurzame wereld. Geen nieuwe geitenwollensokken revolutie. Maar een wetenschap die daadwerkelijk met oplossingen komt. Oplossingen die al eeuwenoud blijken te zijn. Omdat de natuur ze heeft bedacht en geëvolueerd. Benyus: “De mens is een fantastisch wezen. Maar we passen op dit moment niet helemaal binnen het ecosysteem. We maken er geen deel vanuit. We gebruiken het alleen maar. Mijn ideaal is dat de mens weer onderdeel wordt van het ecosysteem. Veel van door de mens ingenieuze bedachte technieken gaan ten koste van de natuur. We gebruiken bijvoorbeeld fossiele brandstoffen. En die zijn giftig of raken uitgeput. Kijk naar dieren en planten. Zij maken alleen maar gebruik van de energie die voor handen is: zoals wind, de zon of de stroming. Wij mensen zijn nu slim genoeg om dit te kopiëren. En het is aan de architecten en designers om de eerste stappen te zetten. Zij kunnen echt het verschil maken.”
Benyus is momenteel een van de meest gevraagde spreeksters van de wereld en een inspiratiebron voor velen. Ze onderzoekt ‘biomimicry’, de wetenschap die de natuur als inspiratiebron en maatstaf gebruikt voor de problemen en uitdagingen waar de geïndustrialiseerde samenleving mee kampt. Benyus: “De mens is nog maar kort op aarde, maar de organismen om ons heen zijn dat niet. Zij hebben een evolutie van miljarden jaren achter de rug en weten perfect hoe je problemen kunt oplossen. Zij zijn de ultieme architecten en designers. Nu de mens in de geïndustrialiseerde samenleving steeds verder van de natuur is af komen te staan zijn we vergeten dat de natuur hele waardevolle antwoorden heeft op problemen waar we zelf niet uit komen. Ask Nature… zij weten wat werkt!”
Janine Benyus was weliswaar voor het eerst in Nederland, maar haar gedachtegoed is al langer bekend in ons land. Diverse keren noemde Benyus voorbeelden van projecten en onderzoeken die in tal van Universiteiten in Nederland (Twente, Eindhoven, Delft) worden gepraktiseerd. In de zaal waren ook enkele afgezanten van de universiteiten aanwezig. Na keynote speaker Benyus spraken nog andere gasten over het onderwerp waaronder ook de Engelse professor in de Biomimetics Julian Vincent, Ingrid de Pauw van Ideal&Co, materiaaldeskundige Els Zijlstra, architect Jacques Vink, food designer Katja Gruijters en marketing expert René Boender. Tussen de lezingen door konden de congres bezoekers de innovatieve materialen, die permanent worden tentoongesteld in het Materia Inspiration Centre, bekijken.
Gezien de belangstelling voor het onderwerp zal het Materia Inspiration Centre biomimicry de komende tijd verder onder de aandacht brengen en komt er hoogstwaarschijnlijk dit jaar nog een vervolg op het congres.
Bron: materia-ic.nl

 
 
    terug naar boven  
   
 
Wedstrijd voor slimste vistuig om bijvangst tegen te gaan


De inschrijving voor de ‘Smart Gear Competitie’, een internationale prijsvraag van het Wereld Natuur Fonds (WNF) voor duurzaam vistuig, is geopend. Voor deze prijsvraag, die al weer voor de vierde keer wordt gehouden, roept het WNF vissers, uitvinders, wetenschappers, studenten en ondernemers op om innovatieve ideeën in te sturen waarmee bijvangst aanzienlijk kan worden verminderd. De winnaar krijgt de hoofdprijs van 23.000 euro.
Bijvangst is een van de grootste bedreigingen voor dolfijnen, walvissen, bruinvissen, haaien, zeeschildpadden, zeevogels en ander zeeleven. Jaarlijks worden miljoenen tonnen aan onbedoelde vangst dood of gewond overboord gegooid. Slimmer vistuig kan dit probleem tegengaan en zo bijdragen aan bescherming van de natuur onder water.

De winnaar van vorig jaar was een Amerikaans team van ontwerpers. Het team ontwierp een visnet om schelvis te vangen zonder per ongeluk andere vissen zoals kabeljauw bij te vangen. Schelvis heeft de neiging om omhoog te zwemmen als hij het net in zwemt. Andere vissen zwemmen juist naar beneden. Door een opening in het net aan de onderkant kan de bijvangst sterk worden gereduceerd. Inmiddels gebruiken commerciële visserijen aan de noordoost kust van de Verenigde Staten dit vistuig en wordt het getest om te gebruiken in het Verenigd Koninkrijk en andere Europese visserijen.

Het WNF hoopt op veel inzendingen. Algemeen directeur Johan van de Gronden: “Bijvangst is één van de grootste bedreigingen voor het leven onder water. Vooral van de Nederlandse vissers verwachten wij veel. Zij hebben in hun dagelijkse werk te maken met het probleem van bijvangst en kunnen ons als geen ander helpen. Deze competitie biedt een unieke mogelijkheid om praktische en creatieve oplossingen te bedenken, zodat we samen de bedreigingen van de natuur onder water kunnen tegengaan.”

Behalve de hoofdprijs van 23.000 euro zijn er nog twee prijzen van ruim 7.500 euro te winnen. Inschrijven kan vanaf nu tot 1 juli 2009. Een jury bestaande uit onder meer vissers, onderzoekers en wetenschappers beoordeelt de inzendingen. Kijk op www.smartgear.org meer informatie over de winnaars van vorige jaren of om nu in te schrijven voor de competitie van dit jaar.
 

 
 
    terug naar boven  
   
 

Zeekracht is een non-profit coöperatie, opgezet door Stichting Natuur en Milieu


De ambitie van Zeekracht is om heel Nederland zoveel mogelijk te voorzien van schone energie afkomstig van de Noordzee. Burgerparticipatie speelt hierin een belangrijke rol. Zeekracht hoopt Nederland, met de oer-Hollandse elementen Wind en Water weer op de kaart zetten op het gebied van innovatieve en baanbrekende schone energiewinning. Grootschalige deelname van burgers in energiewinning is nieuw in Nederland.

De oprichting van Club Zeekracht vormt een onderdeel van de visie Zeekracht, die Natuur en Milieu eerder dit jaar presenteerde. Volgens die visie biedt de Noordzee de mogelijkheid om al in 2020 alle Nederlandse huishoudens van duurzame elektriciteit te voorzien. De focus van Zeekracht ligt op zeewind, terwijl het ook ruimte geeft aan innovatieve energiebronnen als blue energy, golfenergie, warmte uit zee en teelt van wieren. Met Zeekracht wordt de Nederlandse economie minder afhankelijk van energie uit het buitenland en gaat de uitstoot van broeikasgassen fors dalen.

Stichting Natuur en Milieu wil duurzame Noordzeestroom voor alle Nederlandse huishoudens in 2020. Dat is 20% van de nationale elektriciteitsbehoefte. Om dat te realiseren is een nationaal project nodig dat zich qua visie, omvang en internationale uitstraling kan meten met de Deltawerken. De kern van het overall plan van Zeekracht is de bouw van 1600 windturbines die, verdeeld over meerdere parken in de Noordzee zo’n 8000 megawatt stroom leveren. Een netwerk van hoogspanningskabels op de zeebodem verbindt de windparken met elkaar en met de elektriciteitsnetwerken van Nederland, Engeland, Duitsland, België en Denemarken. Zo wordt het Europese electriciteitsnetwerk versterkt en kunnen pieken en dalen in stroomproductie tussen verschillende landen makkelijk opgevangen worden.
De strategie van Zeekracht bestaat uit drie onderdelen:
1. Een sterke lobby van Natuur en Milieu en andere partijen naar de politiek om te zorgen dat er snel een besluit komt om voor 2020 minimaal 6000 megawatt aan windmolenparken in de Noordzee te bouwen èn daarvoor voldoende geld op de begroting te reserveren.
2. Oprichting van Club Zeekracht maakt burgers rechtstreeks betrokken bij wind op zee. Zij kunnen gezamenlijk een eigen windmolenpark bouwen en de opgewekte stroom zelf afnemen. Een grote groep burgers die zelf een windmolenpark gaan bouwen geeft daarmee ook een krachtig signaal aan de politiek: ook zij moeten de handen uit de mouwen steken!
3. Het vormen van een coalitie van bedrijven en organisaties die zich er samen hard voor gaan maken dat die windmolenparken daadwerkelijk gebouwd gaan worden.

De Noordzee is onmisbaar voor onze behoefte aan duurzame energie. Buitengaats liggen prachtige kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven. De wereldmarkt voor offshore-windenergie ontwikkelt zich razendsnel. Nieuwe technologieën en innovaties kunnen waardevolle exportproducten worden. Dankzij een krachtige waterbouwsector en energie-kennisinstituten die tot de wereldtop behoren heeft Nederland een goede uitgangspositie. Een essentieel element dat nog ontbreekt, is een sterke thuismarkt. Juist door dicht bij huis met innovaties ervaring op te doen, kunnen ze in de export worden verzilverd. Nederlandse bedrijven en investeerders – we zouden tientallen namen kunnen noemen – zien deze kansen en popelen om ze te grijpen. Denemarken, Engeland, en België hebben zich al op de zeewindmarkt gestort en gaan voortvarend aan de slag met ambitieuze plannen. In Nederland stranden de ambities tot dusverre. Vergunningprocedures slepen zich jarenlang voort evenals de toewijzing van subsidies. De overheid slaagt er niet in een goed investeringsklimaat te scheppen op zee. Ondernemers die willen investeren in energieprojecten op de Noordzee, trekken gefrustreerd naar elders, naar landen met een beter investeringsklimaat voor wind op zee. Om die uittocht te keren presenteert Stichting Natuur en Milieu de visie Zeekracht; een deltaplan voor duurzame energie van de Noordzee.

Bron: Natuur en Milieu

Kijk op: windmolenparken Noordzee .nl

 
 
    terug naar boven  
   
 

Het voedsel van de toekomst


Er zijn ongeveer 1400 soorten insecten die eetbaar zijn voor de mens.

De meeste Europeanen kiezen nog voor de gehaktbal - dus voor varken en rund. Maar dat kan snel veranderen. Want insecten zijn een rijke bron van eiwitten en daarom uitstekende vleesvervangers. Wereldwijd is voor de productie van vlees 40 procent van alle landbouwgebieden nodig. In Europa eet men jaarlijks zo’n 90 kg vlees. In India en China eet men slechts 25 kg vlees per jaar, maar dat neemt snel toe. Wanneer men daar net zoveel vlees gaat consumeren als in Europa zal vlees schaars worden en de vleesprijs dezelfde trend doormaken als de olieprijs nu. Het kweken van eetbare insecten kweken biedt veel voordelen boven het houden van slachtvee: efficiënte conversie van koolhydraten naar eiwit, snelle vermenigvuldiging, minder mestproblemen, en er is slechts een beperkt landbouwareaal nodig. De vraag wordt binnenkort niet meer ‘waarom zóu ik insecten eten?’, maar ‘waarom zou ik eigenlijk nog een geháktbal eten?’

Bron: Wageningen Universiteit

Kijk op: eetbare insecten .nl

 
   
    terug naar boven